Het gerechtshof van Leeuwarden heeft de drie verdachten in de Groningse hiv-zaak in hoger beroep hogere celstraffen opgelegd dan in een eerder proces: twaalf jaar, negen jaar en acht maanden. Ze hadden tussen 2005 en 2007 mannen via datingsites voor seksfeesten naar hun huis gelokt, maar er niet bij gezegd dat twee van de drie hiv hadden. De mannen kregen een drankje met de partydrug GHB en werden ingespoten met seropositief bloed. Veertien slachtoffers deden aangifte; vermoedelijk waren er meer, die geen aangifte durfden te doen.
De hoofdverdachte was verpleger en wist op zijn werk injectienaalden te stelen. Hij ontkent kwaad in de zin te hebben gehad. Ze werden veroordeeld voor zware mishandeling, omdat niet kon worden bewezen of de slachtoffers inderdaad door het ingespoten bloed besmet waren geraakt. In eerste instantie waren er lichtere straffen opgelegd: het Openbaar Ministerie was het daar niet mee eens en ging in hoger beroep. De hoofdverdachter kreeg twaalf in plaats van de eerder opgelegde negen jaar. De tweede verdachte negen in plaats van vijf: minder, omdat hij gedeeltelijk had bekend. De derde kreeg acht maanden celstraf opgelegd vanwege het bezit van drugs.
Lees ook:Verdachten hiv-zaak Groningen veroordeeld
Lees ook:Hoge Raad wil Groninger hiv-zaak heropenen
Lees ook:Franse homomannen mogen bloed doneren
Lees ook:Homo’s ‘mogen weer bloed doneren’
Lees ook:Drie mannen in Lelystad opgepakt op verdenking afpersing homo
Het blijft een horror verhaal.