‘Ik heb het roestige ijzer van het Calvinisme in het goud van de vrijheid veranderd’, zei Jan Wolkers, die donderdagnacht in zijn huis op Texel in zijn slaap overleed. Hij werd 81, schreef, schilderde en beeldhouwde, maar vooral met zijn boeken schudde hij het vastgeroeste Nederland in de 60er jaren wakker. Hij gebruikte als eerste schrijver ‘vieze woorden’ en zei: ‘Ik ga daarvoor geen Latijnse benamingen gebruiken.’ Al gauw stonden zijn titels op literatuurlijsten van middelbare scholieren. ‘Hij gaf een stem aan een generatie die zich ontworstelde aan een als verstikkend ervaren omgeving’, zei minister Plasterk.
Kritisch was hij altijd: hij weigerde literatuurprijzen, deed mee met protestdemonstraties, zoals tegen de oorlog in Vietnam. Over Nederland anno nu zei hij: ‘Het is weerzinwekkend hoe alles van waarde wordt opgeofferd aan ploertige schurken. Alles draait alleen nog om geld.’ Op tv was hij ook te zien als commentator van de natuur: vaak ontroerende kleinoden, zoals de beschrijving van een libel in zijn tuin. ‘Ik kan mijn ogen goed de kost geven’, zei Wolkers: hij zag inderdaad veel, maar wist dat ook prachtig te beschrijven. Maar we gaan hem vooral herinneren om zijn vrijheidsdrang, relativisme, nihilisme, humor en fantasie. In zijn laatste interview op tv zei hij: ‘Toen ik een jongetje was, stonden alle meisjes wijdbeens in de zee. Dan mocht ik tussen hun benen doorzwemmen. Daar heb ik geleerd mijn adem in te houden.’
Lees ook:Landelijke dialoog homoseksualiteit & religie
Lees ook:Drijft emancipatie homo’s terug in de kast?
Lees ook:Mosse lezing: homo’s terug de kast in?
Lees ook:Handboekje voor de transseksuele vrouw
Lees ook:Homo’s: een vergeten groep bij de Holocaust
Pingback: Zwoegen en zweten bij het Groot Dictee | Gay